Geloof_5.jpgHet Bijbelse begrip geloof is niet maar een verstandelijk aannemen van wat er in de Bijbel staat. Ook niet een "Ik geloof het wel, maar 'k weet het niet zeker". En zeker niet een "Ik geloof het wel, laat maar zitten". Nee, het betreft een stellig weten en een vast vertrouwen.

Het stellig weten betreft de betrouwbaarheid van wat God ons in de Bijbel openbaart en belooft. Het vaste vertrouwen betreft de vergeving van onze zonden en het verkrijgen van het eeuwige leven uit genade door het offer van Christus. Geloof is Gods geschenk waardoor ik ga luisteren naar wat God in de Bijbel zegt. De Heilige Geest richt mijn hoofd, hart en handen op Christus, zodat ik aan Hem gehecht raak en ik heel mijn leven Hem wil volgen. De Geest werkt in mij de overtuiging dat ik door Christus een kind van God ben. Geloof is een liefhebbende kennis en een vast vertrouwen, waardoor ik mij aan God verbonden weet. Geloof is dus een levende relatie met God. Geloof is amen zeggen op wat God tot mij zegt. Het betekent dat ik me aan Hem overgeef, me op Hem verlaat en me aan Hem toevertrouw in leven en sterven.

Geloof 2Het hebben van geloof is van essentiële betekenis. Want alleen door geloof hebben Gods beloften nut. Door het geloof ervaren wij van dag tot dag Gods vaderlijke zorg, liefde en trouw. Door het geloof weten wij ons altijd en in alle omstandigheden geborgen in Christus. Door het geloof genieten wij de troost van de vergeving van zonden en leven wij in de verwachting van een heerlijke toekomst. Door het geloof ervaren wij de werking van de Heilige Geest in ons en de uitwerking daarvan in ons leven. Door het geloof krijgen wij deel aan de verlossing in Christus, nu al en tot in eeuwigheid. Wie in de Zoon van God gelooft, heeft eeuwig leven!

Nu kent ons geloof vele onvolkomenheden. De gelovige is vaak traag en zwak in zijn geloof. Er is twijfel of zelfs ongeloof. Het vertrouwend amen-zeggen op Gods beloften is niet altijd even sterk of soms afwezig. God belooft ons de verlossing van de zonde, maar de macht van de zonde is vaak nog heel sterk. Je kunt zeggen: we zijn wel dood voor de zonde (ervan verlost), maar tegelijk ook zondaar tot de dood (we blijven onvolkomen). Om in ons dit geloof te sterken, herhaalt God steeds zijn beloften. Die bemoedigende herhaling is er telkens weer als wij luisteren naar en lezen in Gods Woord.