Republiek (509 - 27 v. Chr.)

In 508 v.Chr. wordt het ambt van Pontifex Maximus ingesteld om de religieuze taken die de koningen hadden, over te nemen. De Pontifex Maximus is opperrechter en staat aan het hoofd van de al ingestelde Volksvergadering. De regering bestaat uit twee consuls, die jaarlijks worden verkozen uit de aristocratie. De aristocratie bestaat uit een kleine groep adelijken (de patriciërs, de rijken), die bijna alle land bezitten. Dit leidt tot grote frustraties bij het volk (de plebejers, de armen) en pas na jaren standenstrijd krijgen ook zij meer invloed op het staatsbestuur.

Senator StdRegering De twee consuls van de regering worden geadviseerd door de Senaat, het hoogste staatsorgaan, een college van honderden senatoren. Er ontstaan diverse functies voor het stad- en staatsbestuur. Naast consul ook proconsul, censor, praetor, lictor, aediles, quaestor, tribuun en gouverneur, zie overzicht. Naast de senatorenstand ontstaat de klasse van rijke ondernemers en financiers (de ridderstand, de Equites). Kader 1De equites hebben, evenals de senatoren, civiele en militaire functies doorlopen en krijgen gaandeweg ook veel politieke macht. Ze treden op als "patroon" in de maatschappij die hun "cliënten" via begunstigingen loyaliteit afdwingt om in de Volksvergadering voor hem te stemmen. Zo ontstaat een sterke politieke invloed van de equites.

Binnenlandse veroveringen

In deze periode vecht de stadstaat Rome lokale oorlogen uit met zijn buurstaten. Kader 2De diverse stadstaten in Italië voeren onderling strijd om de macht. Rome bevecht de Latijnen, Etrusken, Sabijnen en Samnieten en krijgt uiteindelijk heel Italië in bezit. Rome heeft voor de strijd een sterk leger. Dit leger ontwikkelt zich van een vrijwillige burgermilitie tot een professionele krijgsmacht met een gestructureerde opbouw en strategische oorlogvoering.

Carthago Bij de verovering van de binnenlandse gebieden komt Rome ook in conflict met Carthago in Noord-Afrika dat gebieden in Italië in bezit heeft (Sicilië, Sardinië en Corsia). Vooralsnog sluiten zij samen een niet-aanvalsverdrag. Later zullen ze de Punische Oorlogen voeren.

Plundering Rome Omstreeks 400 v. Chr. krijgt Rome te maken met invallen van Senones, Galliërs uit Frankrijk (Kelten) die zich in Noord-Italië hebben gevestigd. Rome wordt door Etruskische steden te hulp geroepen bij deze invallen. De Romeinen lijden echter een zware nederlaag tegen de Gallische koning Brennus, die in 387 v. Chr. de stad Rome belegert, inneemt en plundert. Pas na betaling van een forse schatting vertrekken de Galliërs. Rome heeft tientallen jaren nodig om zich van deze tegenslag te herstellen. In 378 v. Chr. wordt de beschadigde Servische Muur herbouwd. In 283 v. Chr. worden de Galliërs die in de Po-vlakte wonen verdreven. Nu pas wordt dit gebied tot Italië gerekend.

Samnitische Oorlogen (343 - 290 v. Chr.) In deze periode van expansie voert Rome drie oorlogen met de Samnieten. De Samnieten sluiten bondgenootschappen met omliggende buurvolken. De oorlogen eindigen met de hegemonie van Rome in Centraal-Italië.  

Pyrrhische Oorlogen (280 - 275 v. Chr.) Pyrrhus 2Rome's aandacht richt zich nu op Zuid-Italië. Pyrrhus van Epirus 1Enkele Griekse stadstaten daar proberen hun onafhankelijkheid te verdedigen door zich te verbinden met de Griekse koning Pyrrhus van Epirus. Pyrrhus zet olifanten in en wint tot tweemaal toe. Rome overwint uiteindelijk. De strijd heeft Pyrrhus erg veel inspanning gekost. De uitwerking is vergelijkbaar met een nederlaag. Hieraan ontlenen wij de spreekwoordelijke "pyrrusoverwinningen". De Griekse staten accepteren de heerschappij van Rome.

Punische Oorlogen (264 - 146 v. Chr.) Na een aantal conflicten tussen Rome en Carthago komt het tot een aantal oorlogen tussen beide partijen. Carthago is gesticht door de Feniciërs, Puniërs genaamd. Vandaar de naam Punische Oorlogen. De oorlogen worden zowel ter zee als ter land uitgevoerd. Hannibal 1bEerste Punische Oorlog: 264 - 241 v.Chr. (zeeslagen rond Sicilië en Sardinië). Tweede Punische Oorlog: 218 - 201 v.Chr. (landoorlog, waarbij Hannibal met olifanten de Alpen oversteekt, veel veldslagen wint, maar uiteindelijk verslagen wordt). Sicilië, Sardinië en Corsica komen in bezit van Rome. Derde Punische Oorlog: 149 - 146 v.Chr. (belegering, inname en volledige verwoesting van Carthago).

Illyrische Oorlogen (229 v. Chr.- 168 v. Chr.) Epirus IllyriëNa de Eerste Punische Oorlog hebben de Romeinen de controle over de Ionische Zee. De Illyriërs staan bekend als zeerovers, piraten die een echte plaag op de Adriatische en Ionische Zee zijn. Een conflict leidt tot de Illyrische Oorlogen. De Romeinen weten na de zeeslagen met Carthago inmiddels wat oorlogvoering ter zee is. Ze brengen de Illyriërs zware nederlagen toe. De Romeinen zullen later (omstreeks 100 v.Chr.) de kuststreek van Illyrië veroveren. Keizer Augustus zal Illyrië bij het rijk voegen, waarna het zal worden opgesplitst in Dalmatië en Pannonië.

Na de oorlogen komen veel boerderijen van omgekomen militairen in bezit van rijke landeigenaren. De broers Gracchus (tribunen namens de plebejers) stellen een lex agraria ("akkerwet") voor om over te gaan tot een herverdeling van de gronden zodat ook de arme boeren grond in bezit kunnen krijgen. Dit stuit op hevig verzet van de patriciërs. In 133 v. Chr. wordt Tiberius Gracchus samen met een deel van zijn aanhangers door zijn tegenstanders in de Senaat vermoord. Zijn broer Gaius probeert het tien jaar later opnieuw, maar pleegt zelfmoord op vlucht voor zijn tegenstanders. Hervormingen in het land laten nog op zich wachten.

Bouwwerken Inmiddels zijn er weer diverse tempels gebouwd. In 312 v. Chr. wordt de Via Appia aangelegd, tegelijk met de Aqua Appia. Voor de uitgevoerde bouwprojecten tijdens deze periode van de Republiek, zie het overzicht.